Laatste levensfase
De stervensfase bij dementie begint wanneer duidelijk is dat je binnenkort zult overlijden. Bij jonge mensen met dementie kan het ziekteproces vaak sneller verlopen. Toch kan het stervensproces soms langer duren, omdat je hart en lichaam vaak nog sterk zijn. In deze fase is het belangrijk dat je goede zorg krijgt. Deze zorg heet palliatieve zorg. Het doel is om je zo comfortabel mogelijk te maken.
Je familie, vrienden en zorgverleners doen hun best om ervoor te zorgen dat je geen pijn hebt en je rustig voelt. Ze kijken steeds wat jij nodig hebt. Zo kun je deze laatste fase op een fijne manier doormaken.
Je bent niet alleen in deze tijd. Mensen om je heen blijven voor je zorgen en zijn er voor jou.
Afscheid en verdriet
Door de dementie kun steeds minder dingen zelf doen. Je wordt steeds meer afhankelijk van zorg en ondersteuning. Misschien begrijp je niet mee wat naasten en zorgverleners van je willen. Voor jonge mensen kan dit extra zwaar zijn. Misschien heb je nog jonge kinderen, of plannen die je niet meer kunt uitvoeren. Dit kan voelen als een groot verlies. Het is normaal om verdriet te voelen of boos te zijn over wat je niet meer kunt.
Soms heb je door de dementie niet door dat je achteruitgaat. Dit kan fijn zijn, omdat je dan minder verdriet voelt. Voor de mensen om je heen kan dat moeilijker zijn. Zij willen je graag helpen en ondersteunen.
Weet dat je niet alleen bent. Je familie, vrienden en zorgverleners staan klaar om samen te kijken naar wat nog wel kan. Ze willen deze fase zo prettig mogelijk voor je maken.
Wensen
Het is fijn als je al eerder nagedacht hebt over wat je belangrijk vindt in deze fase. Bijvoorbeeld hoe je verzorgd wilt worden, wie je om je heen wilt hebben, en wat je wel of niet wilt dat er gebeurt. Zo weten je familie en zorgverleners wat jouw wensen zijn.
Je wensen kunnen veranderen, en dat is oké. Als je iets anders wilt, kun je dat zeggen. De mensen om je heen zullen hun best doen om jouw wensen te respecteren en je te steunen.
Je kunt vragen hebben over het einde van het leven of behoefte hebben aan spirituele steun. Een geestelijk verzorger kan met je praten. Dit kan bij je thuis of in een zorginstelling. Er zijn ook vrijwilligers die jou en je familie kunnen helpen. Zij zijn er om steun te geven in deze tijd.
Gezondheidsproblemen
In het laatste stadium van dementie kun je gezondheidsproblemen krijgen. Mensen met dementie op jongere leeftijd hebben minder te maken met lichamelijke problemen. Wel kun je last krijgen van mentale klachten, zoals onrust, angst en somberheid. Ernstige gezondheidsproblemen, zoals ondervoeding en uitdroging, die bij oudere mensen met dementie vaak voorkomen, komen bij jonge mensen met dementie minder voor. Je kunt wel last krijgen van slikproblemen en moeite krijgen met eten of drinken. Hierdoor kun je ook een infectie zoals een longontsteking krijgen. Dit komt vaak voor bij dementie. Omdat je hart vaak nog sterk is, kan het stervensproces wat langer duren. Dit kan zwaar zijn voor jou en je familie.
Zo comfortabel mogelijk sterven
Het doel van palliatieve zorg is dat je zonder pijn en zo rustig mogelijk kunt sterven. Zorgverleners overleggen met jou en je familie als jij dat niet meer kunt. Ze passen de zorg aan als dat nodig is. Je familie en vrienden worden hierbij betrokken.
Palliatieve sedatie
Als je veel pijn hebt, heel moe, benauwd of bang bent, en gewone medicijnen niet meer werken, kan de arts je helpen. Hij kan een speciaal medicijn geven waardoor je geen pijn of angst meer voelt. Dit heet palliatieve sedatie.
De arts mag dit medicijn geven als:
- Hij verwacht dat je binnen twee weken overlijdt.
- Andere medicijnen niet genoeg helpen tegen je klachten.
Klachten kunnen zijn: veel pijn, angst, misselijkheid, vermoeidheid, of moeite met ademhalen.
Voordat je dit medicijn krijgt, kun je afscheid nemen van je familie en vrienden. Dit is belangrijk, want door het medicijn val je in een diepe slaap en kun je niet meer praten.